Het verschil tussen Brisk en Slow
Bij gebruik als werkwoorden , levendig middelen om levendig te maken of te worden, terwijl langzaam middelen om (iets) minder snel te laten rennen, bewegen, etc.
Bij gebruik als adjectieven , levendig betekent vol levendigheid en activiteit, terwijl langzaam betekent veel tijd nodig hebben om te verplaatsen of een korte afstand af te leggen, of om een handeling uit te voeren.
Langzaam is ook zelfstandig naamwoord met de betekenis: iemand die traag is.
Langzaam is ook bijwoord met de betekenis: langzaam.
kijk hieronder voor de andere definities van Levendig en Langzaam
-
Levendig als een bijvoeglijk naamwoord :
Vol levendigheid en activiteit; gekenmerkt door snelheid van beweging of actie
Voorbeelden:
'synoniemen: levendig pittig snel'
'We hebben gisteren een stevige wandeling gemaakt.'
-
Levendig als een bijvoeglijk naamwoord :
Vol levensgeest; bruisend
-
Levendig als een bijvoeglijk naamwoord (archaïsch):
sprankelend; bruisend
Voorbeelden:
'stevige cider'
-
Levendig als een bijvoeglijk naamwoord :
Stimulerend of stimulerend.
Voorbeelden:
'Vanmorgen was een stevige herfstdag. Het was niet koud genoeg voor vorst, maar je wilde in beweging blijven. '
-
Levendig als een bijvoeglijk naamwoord :
Abrupt, kortaf op iemands manier of in relatie tot anderen.
-
Levendig heb een werkwoord (ambitransitief, vaak met 'up'):
Om levendig te maken of te worden; verlevendigen; animeren.
-
Langzaam als een bijvoeglijk naamwoord :
Er lang over doen om te verhuizen of een korte afstand af te leggen, of om een handeling uit te voeren; niet snel in beweging; doorgaan met een lage snelheid.
Voorbeelden:
'een langzame trein; een trage computer '
-
Langzaam als een bijvoeglijk naamwoord :
Gebeurt niet in korte tijd; verspreid over een relatief lange tijd.
-
Langzaam als een bijvoeglijk naamwoord :
Met verminderde intellectuele capaciteit; niet snel te begrijpen.
-
Langzaam als een bijvoeglijk naamwoord :
Niet overhaast; niet neerslaan; gebrek aan snelheid; weloverwogen handelen.
-
Langzaam als een bijvoeglijk naamwoord (van een [[klok]] of iets dergelijks):
Achter in de tijd; aanduiding van een tijd eerder dan de werkelijke tijd.
Voorbeelden:
'Die klok is traag.'
-
Langzaam als een bijvoeglijk naamwoord :
Gebrek aan geest; gebrek aan levendigheid of levendigheid.
-
Langzaam als een bijvoeglijk naamwoord (van een bepaalde tijd):
Niet bezig; gebrek aan activiteit.
Voorbeelden:
'Het was een trage nieuwsdag, dus de redacteur vroeg ons om onze artikelen woordelijker te maken.'
'Ik zit hier gewoon met een bureau met kaarten en geniet van een rustige middag.'
-
Langzaam heb een werkwoord (transitief):
Om (iets) minder snel te laten rennen, verplaatsen, etc. om de snelheid van te verminderen.
-
Langzaam heb een werkwoord (transitief):
Om te voorkomen dat het snel gaat; om de voortgang van.
-
Langzaam heb een werkwoord (onovergankelijk):
Om langzaam te worden; snelheid te minderen; om te vertragen.
-
Langzaam heb een zelfstandig naamwoord :
Iemand die traag is; een luiaard.
-
Langzaam heb een zelfstandig naamwoord (muziek):
Een langzaam nummer.
-
Langzaam als een bijwoord :
Langzaam.
Voorbeelden:
'Die klok loopt langzaam.'
Vergelijk woorden:
Zoek het verschilVergelijk met synoniemen en verwante woorden:
- opzettelijk versus langzaam
- matig versus langzaam
- snel versus langzaam
- snel versus langzaam
- snel versus langzaam
- traag versus snel
- geleidelijk versus langzaam
- saai versus traag
- snel versus langzaam
- snel versus langzaam
- vertragend versus langzaam
- inactief versus langzaam
- traag versus laat
- traag versus traag
- traag versus traag
- haastig versus langzaam
- neerslag vs langzaam
- snel versus langzaam
- saai versus langzaam
- saai versus langzaam
- levendig versus langzaam
- levendig versus langzaam
- vertraging versus langzaam
- belemmeren versus langzaam
- achterlijk versus langzaam
- vertragen versus langzaam
- verslappen versus langzaam