Het verschil tussen doelstelling en taak
Bij gebruik als zelfstandige naamwoorden , doelstelling betekent een materieel object dat fysiek bestaat, terwijl taak betekent een stuk werk gedaan als onderdeel van iemands taken.
Doelstelling is ook bijvoeglijk naamwoord met de betekenis: van of gerelateerd aan een materieel object, feitelijk bestaan of werkelijkheid.
Taak is ook werkwoord met de betekenis: een taak toewijzen aan, of een taak opleggen.
kijk hieronder voor de andere definities van Doelstelling en Taak
-
Doelstelling als een bijvoeglijk naamwoord :
Van of gerelateerd aan een materieel object, feitelijk bestaan of realiteit.
-
Doelstelling als een bijvoeglijk naamwoord :
Niet beïnvloed door de emoties of vooroordelen.
-
Doelstelling als een bijvoeglijk naamwoord :
Gebaseerd op waargenomen feiten.
-
Doelstelling als een bijvoeglijk naamwoord (Grammatica):
Van, of gerelateerd aan een zelfstandig naamwoord of voornaamwoord dat wordt gebruikt als het voorwerp van een werkwoord.
-
Doelstelling als een bijvoeglijk naamwoord (taalkunde, grammatica):
Van, of gerelateerd aan verbale vervoeging die het object (patiënt) van een handeling aangeeft.
-
Doelstelling heb een zelfstandig naamwoord :
Een materieel object dat fysiek bestaat.
-
Doelstelling heb een zelfstandig naamwoord :
Een doel dat wordt nagestreefd.
-
Doelstelling heb een zelfstandig naamwoord (Grammatica):
Het objectieve geval.
Voorbeelden:
'synoniemen object case objectief case'
-
Doelstelling heb een zelfstandig naamwoord (Grammatica):
een zelfstandig naamwoord of voornaamwoord in het objectieve geval.
-
Doelstelling heb een zelfstandig naamwoord :
De lens of lenzen van een camera, microscoop of ander optisch apparaat dat het dichtst bij het te onderzoeken object staat.
-
Taak heb een zelfstandig naamwoord :
Een stuk werk gedaan als onderdeel van iemands taken.
-
Taak heb een zelfstandig naamwoord :
Een moeilijke of vervelende onderneming.
-
Taak heb een zelfstandig naamwoord :
Een doel.
-
Taak heb een zelfstandig naamwoord (computers):
Een proces of uitvoering van een programma.
Voorbeelden:
'rfex in'
-
Taak heb een werkwoord (transitief):
Om een taak toe te wijzen aan of een taak op te leggen.
Voorbeelden:
'Op mijn eerste werkdag op kantoor kreeg ik de taak een stapel facturen te sorteren.'
-
Taak heb een werkwoord (transitief):
Onderdrukken met zware of buitensporige lasten; te belasten.
-
Taak heb een werkwoord (transitief):
Opladen, zoals bij een storing.
Vergelijk woorden:
Zoek het verschilVergelijk met synoniemen en verwante woorden:
- karwei versus taak
- baan versus taak
- taak versus onderneming
- doelstelling versus taak
- doel versus taak
- proces versus taak