Het verschil tussen ondoorzichtig en transparant
Bij gebruik als adjectieven , ondoorzichtig betekent noch reflecterend noch licht uitzenden, terwijl transparant betekent doorzichtig, helder.
Ondoorzichtig is ook zelfstandig naamwoord met de betekenis: een gebied van duisternis.
Ondoorzichtig is ook werkwoord met de betekenis: maken, (meer) ondoorzichtig maken.
kijk hieronder voor de andere definities van Ondoorzichtig en Transparant
-
Ondoorzichtig als een bijvoeglijk naamwoord :
Noch reflecterend noch licht uitzenden.
-
Ondoorzichtig als een bijvoeglijk naamwoord :
Weinig licht doorlaten, niet doorschijnend of transparant.
-
Ondoorzichtig als een bijvoeglijk naamwoord (figuurlijk):
Onduidelijk, onverstaanbaar, moeilijk te begrijpen of de betekenis ervan uit te leggen
-
Ondoorzichtig als een bijvoeglijk naamwoord (figuurlijk):
Stompzinnig, stom.
-
Ondoorzichtig als een bijvoeglijk naamwoord (computers):
Beschrijft een type waarvoor bellers van een hoger niveau geen kennis hebben van datawaarden of hun representaties; alle bewerkingen worden uitgevoerd door de gedefinieerde abstracte operators van het type.
-
Ondoorzichtig heb een zelfstandig naamwoord (verouderd, poëtisch):
Een gebied van duisternis; een plaats of regio zonder licht.
-
Ondoorzichtig heb een zelfstandig naamwoord :
Iets dat ondoorzichtig is in plaats van doorschijnend.
-
Ondoorzichtig heb een werkwoord (transitief):
Maak (meer) ondoorzichtig.
-
Transparant als een bijvoeglijk naamwoord (van een materiaal of object):
Doorzichtig, duidelijk; de eigenschap hebben dat het licht er bijna ongestoord doorheen gaat, zodat men er duidelijk doorheen kan kijken.
Voorbeelden:
'Het water van het meer was transparant totdat de fabriek daar afval dumpte.'
-
Transparant als een bijvoeglijk naamwoord (van een systeem of organisatie):
Open, openbaar; de eigenschap hebben dat theorieën en praktijken publiekelijk zichtbaar zijn, waardoor de kans op corruptie wordt verkleind.
-
Transparant als een bijvoeglijk naamwoord :
Voor de hand liggend; direct duidelijk; gemakkelijk te zien of te begrijpen.
Voorbeelden:
'Zijn redenen voor de beslissing waren transparant.'
-
Transparant als een bijvoeglijk naamwoord (signaalverwerking):
De eigenschap hebben van transparantie, d.w.z. voldoende nauwkeurig dat het gecomprimeerde resultaat perceptueel niet te onderscheiden is van de niet-gecomprimeerde invoer.
Vergelijk woorden:
Zoek het verschilVergelijk met synoniemen en verwante woorden:
- ondoorzichtig versus doorschijnend
- ondoorzichtig versus transparant
- helder versus ondoorzichtig
- duidelijk versus ondoorzichtig
- helder versus ondoorzichtig
- briljant versus ondoorzichtig
- vervagen versus ondoorzichtig
- wolk versus ondoorzichtig
- ondoorzichtig versus doorschijnend
- doorschijnend versus transparant
- helder versus transparant
- kristallijn versus transparant
- helder versus transparant
- ondoorzichtig versus transparant
- schijnbaar versus transparant
- helder versus transparant
- duidelijk versus transparant
- obscuur versus transparant
- ondoorzichtig versus transparant